Meest voorkomende grondsoorten in onze tuinen
Wanneer je begint te graven in de tuin dan zie of voel je snel welke soorten grond je in je tuin hebt. Verschillende lagen hebben soms een andere kleur of structuur. In Nederland is het vaak zand- en kleigrond wat het meeste in de bodem voorkomt. Veengrond zie je vaker terug op hoger gelegen delen in het oosten van het land terwijl we kleigrond vaker dichtbij rivieren of aan zee in het westen van het land aantreffen. Welke van deze soorten overwegend aanwezig is, wordt dus vaak bepaald door de locatie; dus: in welk deel van het land ligt jouw tuin?
Wil je je tuin opnieuw inrichten of is je huis nieuwbouw, dan is het handig dat je weet welke grondsoort je in je tuin hebt, voor het kiezen van de bloemen, planten en bomen die je erin wilt laten groeien. Heeft een bloementuin je voorkeur of ben je van plan om een kleine groenten- of moestuin te beginnen? Ook dat zijn elementen om in overweging te nemen bij het aanplanten van je tuin. Laten we eens kijken welke grondsoorten vooral in Nederland voorkomen.
Zandgrond
Vooral in het binnenland zoals in Noord-Brabant, Noord-Limburg en het oosten van het land zijn onze tuinen gevuld met zandgrond. Zandgrond laat goed lucht en water door omdat de zandkorrels relatief groot zijn, maar heeft meestal een lage vruchtbaarheid omdat het grondstoffen niet goed vasthoudt.
In een strook in de duingebieden langs de Nederlandse kust komt duinzand voor. Dit is een specifieke vorm van zandgrond die voornamelijk bestaat uit fijnkorrelig zand. Deze grondsoort komt in de meeste tuinen in Nederland dus niet voor, behalve wanneer je dichtbij de Noordzeekust woont.
Kleigrond
Zeekleigrond is vooral te vinden in het westen en noorden van Nederland, de lager gelegen gebieden (onder NAP) zoals de Zeeuwse delta, de provincies Noord- en Zuid-Holland en het gebied rond de Waddenzee; logisch dat daar zeeklei ligt omdat daar voordat de polders werden drooggelegd, nog zee was.
Ook daar waar rivieren stromen, is overwegend rivierklei aanwezig in de grond. Rivierklei is vruchtbaar vanwege de afzetting van sediment door rivieren, iets dat gedurende duizenden jaren heeft plaatsgevonden. Kleigrond kan problemen hebben met waterafvoer omdat de bodem het water slecht opneemt. Daarom zie je vaak na hevige regenval grote plassen water op akkers staan die maar langzaam verdwijnen.
Over het algemeen is kleigrond compact waardoor het niet goed lucht en water doorlaat en plantenwortels en organismen die in de grond leven, er moeizaam hun weg kunnen vinden. Hierdoor kunnen ze niet zo goed bodemvormend werk doen, wat een nadeel is voor de vruchtbaarheid van de grond.
Veengrond
Veengronden komen vooral voor in het noorden en oosten van Nederland, zoals in de provincies Friesland, Groningen, Drenthe en Overijssel, in de randstad en sommige delen in het oosten van Noord-Brabant. Veengronden zijn ontstaan uit organisch materiaal (opgedroogde planten die zich jarenlang hebben opgestapeld) en kunnen een rijke grond voor landbouw en dus ook een moestuin zijn, maar ze zijn ook gevoelig voor inklinking en verzakking. Deze grond werd vroeger niet gebruikt voor landbouw maar werd afgegraven voor brandstof (turf).
Lössgronden zijn voornamelijk te vinden in Zuid-Limburg en bestaan uit korrelige deeltjes van onder andere kalksteen met een grootte tussen zand en klei in. Löss is een vruchtbare grondsoort die geschikt is voor de groei van granen en fruit. Fruitbomen die goed groeien op een lössbodem zijn bijvoorbeeld: appel-, peren- en kersenbomen en druiven, wat dit een geschikte bodem maakt voor zelfs wijngaarden.
Source: https://www.geologievannederland.nl/ondergrond/bodems